Door Mark
De meteorologische zomer van 2025 is op 1 september officieel ten einde. Een uitstekend moment om terug te blikken op het weer van de afgelopen maanden en te bekijken wat dit betekent voor huishoudens met zonnepanelen. Want één ding is duidelijk: het was een uitzonderlijk zonnige en warme zomer.
📋 Tabel Temperatuur: zomer 2025 vs langjarig gemiddelde
📌 Elke maand van de zomer was warmer dan het langjarig gemiddelde, met juni als opvallende uitschieter. Hieronder zie je de vergelijking:
🌞 Tabel Zonneschijnduur: zomer 2025 vs langjarig gemiddelde
📌 Ook qua zonneschijn scoorde de zomer van 2025 bovengemiddeld. Elke maand was zonniger dan normaal, met juni als absolute topper:
⚡ Wat betekent dit voor zonnepaneelbezitters?
Een gemiddeld Nederlands huishouden met zonnepanelen wekt jaarlijks ongeveer 3.500 kWh op. Dit is gebaseerd op een installatie van circa 4.000 Wp met een rendement van 88%. Uiteraard kunnen lokale factoren zoals schaduw, hellingshoek (ideaal: 30–35°), temperatuur en bewolking de opbrengst beïnvloeden, maar deze vuistregel geldt voor een zuidgerichte opstelling in Nederland.
Dankzij de 13% extra zonneschijnduur in de zomer van 2025, kon een gemiddeld huishouden rekenen op circa 160 kWh extra opbrengst in deze drie maanden. En het goede nieuws stopt daar niet: vrijwel elke maand van dit jaar (behalve januari) was zonniger dan het langjarig gemiddelde. Dat betekent dat veel huishoudens inmiddels al ruim 500 kWh extra hebben opgewekt, oftewel zo’n 15% meer dan normaal.
💰 Financiële impact: extra productie, maar niet altijd extra winst
De circa 500 kWh extra productie in 2025 klinkt aantrekkelijk, maar de financiële waarde ervan hangt sterk af van het type energiecontract. Bij een vast contract met volledige saldering levert elke extra kWh direct een besparing op van het tarief dat je betaalt — vaak tussen de €0,25 en €0,35 per kWh. Dat betekent een potentiële besparing van €125 tot €175. Deze besparing kan wel lager uitvallen als gevolg van eventueel hogere terugleverkosten. Bij een dynamisch contract ligt dit genuanceerder: op zonnige dagen daalt de stroomprijs vaak flink, soms zelfs tot nul of negatief. Hierdoor kan het financiële voordeel van extra productie juist beperkt zijn, zeker als je overproductie niet direct zelf verbruikt. Kortom, meer zon betekent meer opwek, maar de daadwerkelijke opbrengst in euro’s is steeds afhankelijker van je contractvorm en verbruikspatroon.
📊 Data & verantwoording
De gegevens zijn afkomstig van KNMI-weerstations in De Bilt, Leeuwarden, Vlissingen, Hoek van Holland, Gilze-Rijen en Maastricht — een representatieve spreiding over Nederland.
Het langjarig gemiddelde is gebaseerd op de periode 2005–2024, en omvat:
- Etmaalgemiddelde temperatuur (TG)
- Zonneschijnduur (in 0.1 uur, berekend uit globale straling SQ)
De zonneschijnduur zoals gemeten door het KNMI vertoont een zeer hoge correlatie met de opwek van zonnepanelen. Dat komt doordat deze zonneschijnduur niet simpelweg wordt gemeten met een zonlichtsensor, maar wordt berekend uit de globale straling die het aardoppervlak bereikt. En juist die globale straling — zowel direct als diffuus — is de belangrijkste factor voor de energieopwekking van zonnepanelen.
🔍 Waarom is die correlatie zo hoog?
- Zonnepanelen zetten lichtenergie om in elektriciteit, en de KNMI gebruikt globale straling (Q in J/cm²) als basis voor het berekenen van zonneschijnduur.
- Deze methode sluit nauw aan bij wat zonnepanelen daadwerkelijk “zien” en gebruiken.
- Uit studies blijkt dat er een >99% correlatie is tussen deze berekende zonneschijnduur en de werkelijke opbrengst van zonnepanelen, mits andere factoren zoals temperatuur en hellingshoek constant blijven.
📌 Extra weetje: Hoewel hogere temperaturen de zonnestraling kunnen verhogen, daalt het rendement van zonnepanelen juist iets bij warm weer. Toch blijft de globale straling de dominante factor voor opbrengst.
Jan